Het is altijd al een droom van mij geweest om druiven te plukken. Ik heb mij tijdens het drinken van een glas wijn altijd afgevraagd hoe het kon dat zoiets simpels als het uitpersen van een paar druiven zo’n hemelse drank opleverde. De geur, de smaak en de romantiek eromheen, ik vind het pure magie. Vandaag komt dan eindelijk mijn droom uit en mag ik druiven plukken op het Chateau van Robert Vic in de Languedoc.
Het is 27 september, een koude ochtend, als ik met mijn houtje kistje op mijn rug en een snoeischaar in de hand het wijnveld betreed. De dauw is nog zichtbaar en de spinnen hebben hun vallen uitgezet tussen de verschillende wijnstokken.
Vandaag gaat het dan eindelijk gebeuren. Maar na een paar uur plukken kom ik erachter wat een lichamelijke uitputting dit is. Mijn rug voelt aan alsof er iemand met kleine mesjes aan het steken is en rechtop lopen is een onmogelijke opgave geworden. Langzaam komt het besef dat dit pas mijn eerste dag als druivenplukker was. Ik heb nog een anderhalve week te gaan!
Maar dan, de bel! En dat betekent lunchtijd. Deze wijnboerenlunch wil je als wijnplukker niet overslaan. Ik open de kasteeldeur en ik neem plaats naast mijn mede plukkers. Schalen met echt Franse kippen staan op tafel en iedereen wordt voorzien van een eersteklas wijn van het huis. Een subtiele houtgelagerde Chardonnay. Wat is dit een voortreffelijke wijn! Ik begin helemaal op te bloeien en iets in mij is er veranderd: nooit meer zal ik een glas wijn zomaar opdrinken.